Перевод: с английского на все языки

со всех языков на английский

Со всех языков на:
Английский
С английского на:
Нидерландский

knipperen (met) (de ogen)

Толкование Перевод

1 wink

n. knipoogje; knippering; het knipperen; oogopslag; richting aangeven met knipperlicht
--------
v. knipogen; knipperen; glinsteren; aangeven; richting aangeven; zich niets aantrekken van iets

wink¹

[ wingk] 〈 zelfstandig naamwoord〉

1 knipperbeweging 〈 met de ogen〉 ⇒ 〈 in het bijzonder〉 knipoog(je)

2 〈 voornamelijk enkelvoud〉 ogenblik 〈 in het bijzonder met betrekking tot slaap〉

♦voorbeelden:

1   give someone a wink • iemand een knipoog geven

2   not get a wink (of sleep)/not sleep a wink • geen oog dichtdoen

¶ 〈 informeel〉 tip someone the wink • iemand een hint/seintje/wenk geven

     forty winks • dutje

→ nod nod/

————————

wink²

I 〈 onovergankelijk werkwoord〉

1 knipogen

2 twinkelen

♦voorbeelden:

1   wink at someone • iemand een knipoog geven

II 〈 onovergankelijk en overgankelijk werkwoord〉

1 knipperen (met) (de ogen)

2 〈 Brits-Engels〉 knipperen (met) ⇒ aan en uit doen/gaan 〈 van lampen〉

♦voorbeelden:

2   wink one's lights • met zijn lichten knipperen

English-Dutch dictionary > wink
2 twinkle

n. glans, schittering
--------
v. schitteren, glanzen

twinkle¹

[ twingkl] 〈 zelfstandig naamwoord〉

1 schittering ⇒ fonkeling

2 knip ⇒ knipoog

3 trilling

♦voorbeelden:

1   a twinkle of delight in her eyes • een schittering van verrukking in haar ogen

     the twinkle of the stars • het schitteren/fonkelen van de sterren

     a mischievous twinkle • een guitige flikkering

¶ in a twinkle • in een oogwenk

————————

twinkle²

I 〈 onovergankelijk werkwoord〉

1 schitteren ⇒ fonkelen 〈 van ster〉

2 knipperen

3 trillen

♦voorbeelden:

1   his eyes twinkled with amusement • zijn ogen schitterden van plezier

2   my eyes twinkled at the light • ik knipperde met mijn ogen tegen het licht

II 〈 overgankelijk werkwoord〉

1 knipperen met 〈 ogen〉

English-Dutch dictionary > twinkle
3 flutter

n. gefladder, fladderen; gejaagdheid, agitatie; speculatie, gokje
--------
v. fladderen, klapwielen, dwarrelen, wapperen; trillen

flutter¹

[ fluttə] 〈 zelfstandig naamwoord〉

1 gefladder ⇒ geklapper

2 opwinding ⇒ drukte

3 〈 medicijnen, geneeskunde〉 het fibrilleren 〈 snelle samentrekking van hartboezem〉

4 〈voornamelijk Brits-Engels; informeel〉 gokje ⇒ speculatie

5 flutter 〈 geluidsvervorming bij hoge tonen〉

♦voorbeelden:

2   be in a flutter • opgewonden zijn

4   have/take a flutter • een gokje wagen

————————

flutter²

I 〈 onovergankelijk werkwoord〉

1 fladderen ⇒ klapwieken

2 dwarrelen 〈 van blad〉

3 wapperen 〈 van vlag〉

4 zenuwachtig/opgewonden rondlopen ⇒ ijsberen

5 snel/onregelmatig slaan ⇒ (snel) kloppen

6 trillen (van opwinding) ⇒ zenuwachtig zijn

♦voorbeelden:

1   the bird fluttered about the room • de vogel fladderde in de kamer rond

6   he fluttered into the room • opgewonden stormde hij de kamer binnen

II 〈 overgankelijk werkwoord〉

1 fladderen met ⇒ klapwieken met

2 snel (heen en weer) bewegen ⇒ doen klapperen/wapperen

♦voorbeelden:

2   flutter one's eyelids • met de ogen knipperen

English-Dutch dictionary > flutter
4 flutter one's eyelids

flutter one's eyelids

met de ogen knipperen

English-Dutch dictionary > flutter one's eyelids
5 nictate

v. knipogen; knipperen met ogen; wenken

English-Dutch dictionary > nictate
6 not bat an eye

niet met de ogen knipperen, stil zitten

English-Dutch dictionary > not bat an eye
7 unblinking

adj. zonder met de ogen te knipperen; onverstoorbaar; zonder een spier te vertrekken

English-Dutch dictionary > unblinking
8 wink at

knipogen naar; met de ogen knipperen

English-Dutch dictionary > wink at
9 blink

n. glinstering
--------
v. knipogen; glinsteren

b¹

[ blingk] 〈 zelfstandig naamwoord〉

1 knipoog ⇒ (oog)wenk

2 glimp ⇒ oogopslag

3 flikkering ⇒ schijnsel

♦voorbeelden:

¶ 〈 informeel〉 on the b • niet in orde, defect

————————

b²

I 〈 onovergankelijk werkwoord〉

1 met half toegeknepen ogen kijken ⇒ knipogen

2 knipperen ⇒ flikkeren, schitteren

II 〈 overgankelijk werkwoord〉

1 knippe(re)n met

♦voorbeelden:

1 the oncoming driver bed his lights • de tegenligger knipperde met zijn lichten

English-Dutch dictionary > blink

Словари и энциклопедии на Академике

Перевод: с английского на все языки

knipperen (met) (de ogen)

Поделиться ссылкой на выделенное

Словари и энциклопедии на Академике

Перевод: с английского на все языки

knipperen (met) (de ogen)

Поделиться ссылкой на выделенное

Прямая ссылка: